Autogene drainage is een modulatie van de ademhalingsstroom (inademing en uitademing) waardoor het slijm in de luchtwegen kan worden gemobiliseerd, verzameld en opgezogen. De patiënt moet langzaam met een ​​open glottis (voor optimale luchtverdeling) een hoeveelheid lucht inademen waardoor hij lucht achter de slijm voert (hoe minder we inademen, hoe dieper we komen). Vervolgens onderhoud hij een adempauze van 2 tot 3 seconden met open glottis om de verdeling van lucht in de longen verder te optimaliseren (doorgang door de collateralen en vullen van de hoekpunten). Ten slotte genereert het een uitademingsstroom die snel en diep genoeg is om het slijm los te maken en naar boven te verplaatsen, altijd met open glottis. Pas op, als de patiënt hard werkt, sluit hij de kleinste luchtwegen door een drukverhoging te creëren en zal hij alleen bij een hoog longvolume werken. Ademhalingsstromen moeten altijd worden gemoduleerd op basis van de locatie van het slijm (hoog, gemiddeld of laag volume) en de toestand van de bronchiën (ontsteking, spasticiteit, bronchiëctasie, enz.). Instrumentele hulpmiddelen staan ​​tot onze beschikking om een ​​betere doorstroming te genereren (flutter, aerobika, pep, IPV, bipap, acapella). Er worden ook verschillende banden gebruikt om de patiënt op lager volume te brengen en/ of om eventuele thoracale misvormingen te corrigeren.

De longontlasting wordt voltooid door het reinigen van de bovenste luchtwegen (BL). Het is erg belangrijk om de BL dagelijks te spoelen omdat 80-90% van de bacteriën die daar worden aangetroffen ook in de longen wordt aangetroffen. Voor patiënten van 4-5 jaar oud wordt de neus gespoeld met een Lotha (kan, gieter, inhoud 400ml, etc.) gevuld met een lauw fysiologische serum. Voor de allerkleinsten gebruiken we pipetten van 100 ml, ook gevuld met lauw fysiologische serum. Indien nodig kunnen medicijnen zoals antibiotica worden toegevoegd aan fysiologische zoutoplossing. Dit is soms niet voldoende en naast de klassieke spoeling, gaat de patiënt een aerosol van de BL doen, meestal via sinus pari.